In 1936 werden de Olympische Zomerspelen georganiseerd door Duitsland en vonden in de stad Berlijn plaats. In eerste instantie was er sprake van het verzetten dan wel boycotten van de Zomerspelen, gezien Adolf Hitler in ’33 als Rijkskanselier aan de macht kwam. Ook door tegenwerking van de voorzitter van het Amerikaans Olympisch Comité, Avery Brundage, werd besloten de Olympische Spelen toch door te laten gaan.
Gymnastiek tijdens de Spelen van 1936
Op de discipline gymnastiek bij de Olympische Zomerspelen van 1936 waren het twee Duitse atleten welke hoge ogen gooiden. Zowel Alfred Schwarzmann als Konrad Frey wonnen beide maar liefst drie gouden medailles. Schwarzmann won het goud op de disciplines sprong, in de meerkamp en in de landenwedstrijd. Daarnaast vergaarde hij twee bronzen medailles voor zijn kunsten aan de rekstok en aan de brug. Frey wist zijn goud te behalen op de brug, op het paard (voltige) en in de landenwedstrijd. Ook wist hij nog een zilveren plak te bemachtigen aan de rekstok, en een bronzen medaille op de vloer.
Schwarzmann was in 1939 betrokken bij de invasie van Polen en vocht in Nederland mee tijdens de Inval. In Moerdijk raakte hij hierbij gewond. Voor de Olympische Zomerspelen van 1948 was Duitsland in zijn geheel uitgesloten van deelname. Dit betekende voor Schwarzmann dus eveneens dat hij niet mocht deelnemen. Schwarzmann kon echter wel meedoen aan de Zomerspelen welke vier jaar later plaats zouden vinden in 1952. Schwarzmann was op dat moment inmiddels de veertig al gepasseerd. Een vrij hoge leeftijd om als gymnast nog mee te doen aan dergelijke topsport! Hij won echter zilver aan de rekstok en werd vierde in de landenwedstrijd. Op latere leeftijd bleef Schwarzmann nauw betrokken bij het turnen van de Olympische Spelen in de hoedanigheid van jurylid.
Konrad Frey was sergeant van de Wehrmacht tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij heeft na de oorlogstijd echter nooit meer deelgenomen aan de Olympische Spelen.
